“Hulpdiensten zijn niet haar privéspeelgoed”

Datum

Een 48-jarige vrouw uit Knokke is veroordeeld tot 10 maanden cel met uitstel, omdat ze jarenlang om de haverklap belde naar de politie Damme/Knokke-Heist.
Geluidsoverlast, ‘belletje trek’, een vermeende achtervolging: A.V. riep voor zowat alles hun hulp in. In totaal pleegde ze volgens het Openbaar Ministerie minstens 2.622 telefoontjes.

A.V. (48) uit Knokke stond volgens procureur Nathalie Barzeele al sinds jaar en dag gekend als ‘veelbeller’ bij de lokale politie Damme/Knokke-Heist.
“Het gaat zover dat hun reguliere werking in het gedrang komt”, stelde ze in de Brugse rechtbank.
“In 2017 belde de beklaagde 403 keer de politie op.
In 2018 ging het zelfs om 842 telefoontjes.
In de zomer van 2019 stond de teller al op 388, waarop beslist werd om haar een eerste keer te verhoren en aan te manen haar gedrag te veranderen.
Tussen 1 januari en 9 april vorig jaar noteerden we echter opnieuw 989 telefoontjes.
En uit een recent proces-verbaal blijkt dat de beklaagde ook in januari dit jaar nog de politie bleef lastigvallen. Ze heeft een ernstig signaal nodig. Ik vorder 10 maanden cel.”


Onrustige buurt
A.V. belde voor zowat alles de politie op.
De ene keer omdat ze het slachtoffer was geworden van ‘belletje trek’, de andere keer was ze naar eigen zeggen besmet met corona.
De vrouw beweerde ook eens dat ze achtervolgd was en verklaarde constant dat er aangebeld werd aan haar deur.
“Mijn cliënte woonde in een onrustige buurt en voelde zich niet op haar gemak”, pleitte haar advocate Abigail Omoragbon.
“Ze heeft het moeilijk om alles in het juiste perspectief te plaatsen en staat dan ook onder bewind voering.” Volgens de verdediging heeft A.V. fysieke en mentale problemen en heeft ze onder meer schrik om op straat te komen. 

De rechter hield rekening met de situatie van de vrouw en gaf haar 10 maanden cel met uitstel.
A.V. kreeg in het vonnis wel nog een flinke veeg uit de pan.
“De straf moet de beklaagde aanzetten tot meer burger- en gemeenschapszin en haar doen beseffen dat de hulpdiensten niet haar privéspeelgoed zijn.”